In opdracht van Commissie m.e.r., in 2011.
Het Waterschap Scheldestromen wil de primaire waterkering bij het Noorderstrand versterken zodat deze 50 jaar voldoet aan de geldende normen, rekening houdend met de huidige inzichten in de effecten van zeespiegelrijzing. Het dagelijks bestuur van het Waterschap is het bevoegd gezag voor het vaststellen van het daarvoor benodigde projectplan.
Het Noorderstrand is gelegen aan de noordkust van het Zeeuwse eiland Schouwen en bevindt zich ten oosten van Renesse (gemeente Schouwen-Duiveland) en ten westen van de Brouwersdam. Dit strand is voorzien van een smalle duinstrook, die onder beheer valt van het Waterschap Scheldestromen. Het natuurgebied in het plangebied (de Zoeten en Zouten Haard) is in beheer bij en in eigendom van Staatsbosbeheer.
Omdat de kustversterking een lengte heeft van minder dan 5 km is geen sprake van een directe m.e.r.-plicht. Mede gezien het feit dat het project is gelegen in de Natura 2000-gebieden ‘Voordelta’ en ‘Kop van Schouwen’ (en een passende beoordeling wordt opgesteld), heeft het Waterschap besloten om een m.e.r.-procedure te doorlopen. Er is voor gekozen om een gecombineerde plan/project-MER op te stellen en daarbij de procedure voor project-m.e.r. te doorlopen.
De Commissie voor de m.e.r. signaleert bij toetsing van het MER enkele tekortkomingen, die zij essentieel vindt voor het volwaardig meewegen van het milieubelang bij de besluitvorming. Het gaat daarbij om:
. gebrek aan inzicht in de autonome ontwikkeling, waardoor een onderbouwing van de noodzaak voor het voornemen vanuit veiligheid onvoldoende kan worden gegeven en de volgende alternatieven onvoldoende op relevantie kunnen worden beoordeeld:
. een nulplus-alternatief (waarin met gerichte beheermaatregelen ontwikkelingen in de bank- en slenkmorfologie van het strand die voor de hoogwaterveiligheid ongewenst zijn, tijdig en doeltreffend kunnen worden gekeerd);
. variant 1b (zeewaartse oplossing, duinverzwaring + suppletie strand);
. de beschrijving van de compenserende maatregelen voor de natuur in het kader van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) en de Flora- en faunawetgeving.
De Commissie adviseert in het uitgebrachte toetsingsadvies om het MER op deze punten aan te vullen, alvorens een besluit over het voornemen te nemen. Het bevoegd gezag heeft naar aanleiding daarvan aangegeven dat aanvullende informatie zal worden verzameld ten aanzien van:
. nieuwe resultaten van onderzoek naar de voorkomende habitattypen in het plangebied;
. morfologisch onderzoek naar de autonome ontwikkeling;
. nieuwe resultaten van onderzoek naar de waterkwaliteit in het gebied.
Het bevoegd gezag heeft de Commissie m.e.r. gevraagd deze aanvullende informatie te toetsen op het moment dat deze beschikbaar is. Op dat moment zal de Commissie een aanvullend toetsingsadvies uitbrengen.
Yvonne van Manen adviseerde vanuit de Commissie voor de milieueffectrapportage, met name vanuit het aandachtsveld natuur.
Meer informatie:
https://www.commissiemer.nl/adviezen/2503